KUSTSTATION OOSTENDE (OST)

VOORAF
De zenderinstallatie was geleverd aan de administratie van telegrafen.
 
Het is een
communicatiestation voor maritiem radioverkeer voor: officiële radiogrammen,
mededelingen van of voor de scheepskapitein
(ongevallen, scheepvaartmoeilijkheden, aankomsten, landingen, enz.).
 
Communicatie met trawlers, vissersboten, lichtschepen, sleepboten
en vanaf 1933 ook met mailboten
(Oostende-Dover).
 
Voor 1929 was er enkel communicatie via draadloze telegrafie mogelijk.

Vanaf 1929 was er draadloze telegrafische en telefonische communicatie mogelijk,

ook
radiotelefonie (maar enkel voor de abonnees van het Oostendse telefoonnet
m.a.w. telefoneren via de gewone telefoon - via de zender-ontvanger - met de boot).
Vanaf 1930 was er duplex-telefonie mogelijk.
Vanaf 1930-07-15 is radiotelefonie mogelijk voor het volledige telefoonnet.




Vanaf 1929-‘30 werd het kuststation uitgerust met een SBR-zender (geen foto beschikbaar) voor telefonische communicatie.
Deze SBR-buizenzender voor
langegolf-telefonie had een antennevermogen van 150 Watt,
een bereik van 150 m tot 225 m (de enige golflengte normaal gebruikt voor telefonie te Oostende was 180 m)
en de bedieningskast kon vanop afstand gebruikt worden.
Ze bevonden zich in een bureau van het loodswezen aan de kade.

VERVOLG
TERUG
 
vonkenzender
1925
zenderzaal
1925
 
Voor wie meer wil weten,
beveel ik ten zeerste
het boek van
Roger Arnoys
"De Belgische
kuststations"
 aan.
omstreeks 1929-´30