|
Bij het ontstaan van het
NIR-regime op 01 februari 1931 werden beide zenders van
19.30 tot 22.00 uur in bedrijf gesteld.
De dag erna al van 17.00 tot 22.00 uur.
Voor elke zender 35 uren, dus samen 70 uren om de
week,
waarvan oorspronkelijk slechts 24 uren aan
omroepverenigingen werden afgestaan.
Een verhouding van 1/3 vrije tegen 2/3 officiële
uitzendingen van het NIR.
De vrije uitzendingen waren zeer versnipperd en dooreen
gemengeld.
Vanaf 10 mei 1931 werd een nieuwe regeling in voege
gebracht om een einde te maken aan die versnippering.
De zendtijd aan elke omroepvereniging vergund, werd toen
op één avond samengetrokken.
Voor beide nationale zenders - te samen genomen - werden
elke week
5 zendavonden voor omroeporganisaties beschikbaar
gesteld.
De resterende zendavonden behield het NIR (De
zendtijdoverheersing van het NIR bleef onaangeroerd.)
Met deze regeling werden zowel - Vlaams- als Franstalige
- katholieke en socialistische omroeporganisaties
gelijk bedeeld met 1 wekelijkse zendavond van 4,5 uur.
Met ingang van 22 november 1931 kwamen er
NIR-middaguitzendingen van 12.15 tot 13.45 ur.
> Er kwam een uitdrukkelijke eis van het parlement
(februari 1932) om het NIR er toe aan te zetten
deze middaguitzendingen aan de omroeporganisaties af te
staan op hun respectieve uitzenddagen.
De verhouding kwam hierdoor weer op de voorgaande stand
terug.
eerste uitzending
NIR/INR |
|
zendtijdverdeling |
Vanaf december 1931 vond er ook
een regelmatige wekelijkse uitzending plaats voor
schoolradio,
uitsluitend verzorgd door het Ministerie van Kunsten en
Wetenschappen in samenwerking met het NIR. |