|
Aardingsspecificaties
Als aardgeleider werd
er voor elke zender een net van koperdraden gebruikt,
dewelke zijn ingegraven in alle richtingen en rond elke
cabine
(4km koperdraad).
Onder de feedercabines en funderingen van de masten
werden er koperplaten van 1 mm dikte
en een oppervlakte van 40 mē per zender ingegraven.
De aardgeleiders waren onderling onder de
gemeenschappelijke mast verbonden.
Onder de hele
fundering van het zendgebouw werd een bijzondere aarding,
bestaande uit roodkoperen banden van 10 x 1 mm,
aangebracht.
Deze aarding diende om alle elementen van de zender te
verbinden
opdat alles een gemeenschappelijk potentiaal zou hebben.
|