1904
 De communicatieproeven door CTSF (Lt. P. de Bremaeker)
met betrekking Congo-Vrijstaat waren vol van problemen
en werden opgeheven.
 CTSF spitste zich hierna helemaal toe op maritieme communicatie
 
1906
Dhr. Lee de Forest ontdekt de triode of audion
- in de volksmond de versterkerlamp (radiolamp) -
en voorloper van de transistor.

1907
Dhr. R. Goldschmidt voerde draadloze telegrafietesten uit
in samenwerking met zijn schoonbroer Dhr. F.-M. Philippson
op het kasteel van Philippson te Ukkel
met Ducretet-communicatieapparatuur
en vermoedelijk ook met Dhr. Ernst Rûhmer
op het domein van het koloniaal museum te Tervuren
waar mogelijks draadloze telefonietesten
met een boogzender uitgevoerd werden.
 
Dhr. Henri Carbonnelle (ingenieur-elektricien),
vooral actief op gebied van telecommunicatie,
slaagde erin om d.m.v. proeven
beelden via telegrafie over te brengen.
Ook had hij eerder een gekende microfoon gefabriceerd.
 
1908
Men was meer en meer afgestapt van het gebruik
van de coherer en overgegaan naar auditieve ontvangst
d.m.v. elektrolytische detectors
(eerste grote uitvinding van Dhr. L. de Forest in 1901)
en - al dan niet in combinatie met - kristaldetectors en een koptelefoon.
 
10 juli 1908
Door een wet werd de Belgische regering gemachtigd
draadloze telegrafie en telefonie te installeren en uit te baten.
 
15 november 1908
Een 1ste gebeurtenis gooide roet in het eten waardoor de uitvoering
om draadloze verbinding met Congo-Vrijstaat opgeschort werd.
 
Het Belgisch Parlement stemde voor de aanhechting
van Congo-Vrijstaat en werd zijn administratie overgenomen.
Vanaf dan was het Belgisch-Congo.